-
1 iemand grof behandelen
iemand grof behandelentraiter qn. grossièrement -
2 grof
1 [groot van stuk] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 gros/grosse2 [ruw (bewerkt)] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 brut ⇒ 〈 ook figuurlijk〉 grossier 〈v.: grossière〉 ⇒ 〈 doek, vijl, vezel, zand〉 gros♦voorbeelden:die jongen is grof gebouwd • ce garçon est bâti en forcegrof papier • papier bruteen grof weefsel • un tissu grossiergrof zout • gros seliets grof schetsen • esquisser qc. à grands traitseen grove leugen • un grossier mensonge(een) grove nalatigheid • (une) négligence impardonnableeen grof schandaal • un vrai scandaleeen grove tegenstelling • un contraste crianteen grof woord • un gros motiemand grof behandelen • traiter qn. grossièrementdat is al te grof • c'est un peu grosnu maakt hij het te grof • maintenant, il y va trop forthet grove werk • les gros travauxgrove winst maken • faire de gros bénéfices -
3 kick about
rondzwerven, rondreizen zonder doelkick aboutII 〈 overgankelijk werkwoord〉III 〈werkwoord + voorzetsel〉 -
4 kick around
doelloos rondlopenkick around2 in leven zijn ⇒ bestaan, rondhollenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:III 〈werkwoord + voorzetsel〉 -
5 rough
adj. hard; ruw, grof; onbewerkt--------adv. ruw, grof, bars, streng, hardhandig, moeilijk; ruig; oneffen; ongeslepen--------n. gewelddadige kerel; iets in het klad geschreven; tegenslag--------v. ruw maken, ruw worden; zich gewelddadig gedragen; preliminair voorbereiden, in kort omschrijvenrough1[ ruf]3 ruwe staat ⇒ onbewerkte/onvoltooide staat♦voorbeelden:————————rough2〈bijvoeglijk naamwoord; roughness〉1 ruw ⇒ ruig, oneffen4 ruw ⇒ scherp, naar; wrang van smaak5 ruw ⇒ schetsmatig, niet uitgewerkt♦voorbeelden:3 rough behaviour • wild/baldadig gedrag4 rough luck • pech, tegenslaga rough time • een zware tijdrough wine • wrange wijnit is rough on him • het is heel naar voor hemrough justice • min of meer rechtvaardige behandelingrough quarter of the town • gevaarlijke buurt→ roughly roughly/————————rough3〈 werkwoord〉♦voorbeelden:¶ rough it • zich behelpen, op een primitieve manier leven————————rough4〈 bijwoord〉2 wild ⇒ ruw, woest♦voorbeelden:live rough • zwerven, in de open lucht leven -
6 rudoyer
-
7 vuil
vuil1〈 het〉♦voorbeelden:1 iemand behandelen als een stuk vuil • traiter qn. comme un chiengrof vuil • objet encombrant mis au rebutergens voor oud vuil liggen • être abandonné de toushet vuil afkrabben • gratter la crasse〈 figuurlijk〉 met vuil gooien naar iemand • noircir qn.————————vuil21 [algemeen] sale2 [vervuild] pollué3 [bedorven] gâté4 [vuil makend] salissant♦voorbeelden:1 vuile dief! • sale voleur!een vuil gezicht zetten • prendre un air hargneuxvuile hond! • canaille!vuile schooier! • salaud!een vuile vent • un sale typevuil weer • un sale tempseen vuile zaak, een vuil zaakje • une histoire sordideiemand vuil aankijken • jeter un regard noir à qn.zich vuil maken • se salirvuil in de mond zijn • être ordurierhet vuile werk opknappen • faire le sale boulot -
8 vuil
vuil1〈 het〉♦voorbeelden:grof vuil • (collection of) bulky refuseergens voor oud vuil liggen • 〈 figuurlijk〉 lie in the gutter, be down and outvuil storten • tip/dump/shoot rubbishverboden vuil te storten • dumping prohibited, no tipping/dumping————————vuil2♦voorbeelden:1 de vuile kopjes • the dirty/used cupsvuile taal • dirty/foul/filthy language2 iemand een vuile streek leveren • pull a fast one/play a dirty/nasty trick on someonevuile viezerik/leugenaar • dirty/filthy swine/liareen vuile zaak/vuil zaakje • a dirty business3 iemand vuil aankijken • give someone a dirty/foul/filthy/nasty look5 het varken woog vuil 150 pond • the pig weighed 150 pounds with wastage/had a gross weight of 150 pounds〈 informeel〉 (van loon, salaris enz.) vuil in handen krijgen • be paid cash in hand (and no questions asked)6 een vuile maag hebben • feel queasy/sick
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский